Subsidies voor renovatie appartementsgebouwen Antwerpen

Stad Antwerpen biedt financiële ondersteuning voor gebouwen met ambitie.

Vele appartementsgebouwen in Antwerpen zijn de leeftijd van 50 jaar voorbij. Ze werden- eind jaren ’60 begin jaren ’70 opgetrokken door bouwbedrijven zoals Amelinckx en andere- aannemers die destijds een niet te stoppen bouwijver aan de dag legden. Sommige- van die gebouwen waren van goede kwaliteit, van andere weten de eigenaars dat ze de nodige zorgen vergen.

Financiële en organisatorische uitdagingen

Sommige appartementsgebouwen hebben inmiddels een heuse onderhoudsachterstand die de eigenaars de komende jaren voor heel wat financiële en organisatorische uitdagingen stelt. Zonder hulp van experten, architecten en bekwame adviseurs is het bijna onmogelijk het hoofd te bieden aan de bouwfysische gebreken die zich in versneld tempo zullen manifesteren.

Concurrentieachterstand

Andere gebouwen werden wel degelijk onderhouden, verkeren in prima conditie en zullen niet onmiddellijk- problemen kennen. Maar de levensduur van een gebouw hangt ook van een aantal factoren af. Zo is er sprake van een technische, economische en praktische levensduur. Wat de economische levensduur betreft, hebben vele gebouwen uit de jaren 60, 70 en 80 een energiepeil dat niet vergelijkbaar is met hedendaagse appartementen. Daardoor lopen ze op de vastgoedmarkt een concurrentie-achterstand op. Bovendien wil de stad Antwerpen de metropool klaarstomen om in 2050 een klimaat-neutrale stad te worden. Om deze uitdaging te realiseren wil men onder meer de oudere gebouwen naar een sterk verbeterd e-peil brengen.

Duwtje in de rug voor appartementsgebouwen.

Stad Antwerpen biedt hulp aan door een “Benovatie-coach” aan te stellen. Dit is een adviseur die de Verenigingen van Mede-Eigenaren ondersteunt om, met de hulp van experten, een zogenaamd “Masterplan Benovatie” uit te werken. In plaats van renovaties te starten aan de gebouwdelen die er het ergst aan toe zijn, opteert de stad voor de opmaak van een meer-jarenplan. Daarmee stelt ze een duurzame aanpak per gebouwelement of gebouw voor. Voor de aanvang van de werken wordt dan eerst een renovatiestrategie en stappenplan uitgewerkt. Sommige renovatie-maatregelen zijn immers onderling afhankelijk en het is belangrijk dat elke ingreep past in een integrale aanpak. Verenigingen die hun gebouwen echt willen aanpassen aan de noden van de 21ste eeuw, krijgen van Stad Antwerpen dus een stevige duw in de rug.

Engagement op lange termijn

De subsidiëring is uiteraard niet zomaar vrijblijvend. De VME’s moeten ambitieuze plannen hebben. Zo moet er voor onderhoud en renovatie een meerjarenplan opgesteld worden dat belangrijke verbeteringen op het vlak van duurzaamheid bevat. Een duurzaamheid die bovendien gericht is op energiezuinigheid en op het binnenmilieu van het appartementsgebouw. Mede-eigenaars die hun gebouw via zo’n “Masterplanstudie” conform willen maken aan de eisen van de 21ste zullen bijzondere inspanningen moeten leveren. Het minimale E-peil bedraagt momenteel “E90”, een normering die gelijk is met de huidige norm voor ingrijpende renovatie van woongebouwen. Maar de lange termijnambitie voor het E-peil van bestaande woningen in Vlaanderen is “E60” tegen 2050. Voor Stad Antwerpen moet de Benovatiecoach dan ook, waar mogelijk, streven naar het E-peil “E60”.

Total cost of ownership

De “Masterplanstudie” heeft ook tot doel de zogenaamde “total cost of ownership” in kaart te brengen. Dit is het totaalbedrag aan kosten voor het bezit van het gebouw gedurende de levenscyclus/gebruikscyclus. De Renovatie-coach zal daarom bij aanvang van zijn opdracht een volledige audit van het gebouw uitvoeren waarbij een aantal vastgestelde stappen worden doorlopen: analyse van de conditie-staat, ontwerp van de renovatiemogelijkheden en voorbereiding tot uitvoering. Daarbij moet de nodige aandacht uitgaan naar de rapportage aan de VME, de kostenbegroting in functie van de diverse scenario’s, financieringsmogelijkheden en premies.

Grondig overleg vooraf

VME’s met interesse voor zo’n “Masterplanstudie” kunnen een offerte opvragen bij een Benovatiecoach. Na realisatie van de “benovatie” zal Stad Antwerpen de kosten en erelonen van deze coach vergoeden. Anders gezegd: VME”s die na de studie beslissen om geen werken uit te voeren, staan zelf in voor de kosten van hun werkzaamheden. Als VME is het dan ook van fundamenteel belang vooraf goed te overleggen welke richting je uit wil en na te gaan of er voldoende budgetten zijn om dit ambitieuze plan te realiseren. Mogelijk is zo’n doorgedreven renovatie dan ook voor weinig VME’s haalbaar. Anderzijds stellen we toch vast dat de overheid bijzondere inspanningen doet voor de gebouwen die fundamentele verbeteringswerken willen uitvoeren. Want het staat nu eenmaal vast dat de overheid in de toekomst eigenaars zal verplichten om bijkomende inspanningen te doen op het vlak van energiebesparende maatregelen. Wie daarbij bereid is om in functie van de normen van 2050 te werken, zal na uitvoering nog een tijdje op beide oren kunnen slapen.